Bévercé
Op 2,5 km van Malmedy stroomopwaarts van de Warche ligt het charmante dorp Bévercé. De mooie kapel dateert uit 1723 en is gewijd aan de kluizenaar Sint Antonius.
In de toren hangt een bezienswaardige klok van Gotfrid Winckelmeyer uit Cöllen.
De kluizenaarswoning werd opgetrokken in 1446, en werd sindsdien zonder onderbreking bewoond. Deze in 1979 geklasseerde plek onthaalt gelovigen voor eucharistievieringen in een sfeer van bezinning.
Het dorp Bévercé telt 318 inwoners en enkele pittoreske en residentiële wijken (één ervan heeft de mooie naam “Petite Suisse”).
Gedurende het ganse jaar worden vele gasten in verschillende toeristische accommodaties ontvangen: o.a. hotels, een vakantiecentrum, een jeugdherberg en 2 campings.
Oude glasramen van de vroegere kerk van Xhoffraix kan je bewonderen in de Hostellerie de la Chapelle. De Ferme Libert nodigt groot en klein uit voor sport en ontspanning in het Bike Park, het dierenpark en de horecazaken. Ook de jeugdherberg heeft heel wat avontuur in petto: touwenparcours en speeltuin. In Bevercé bevindt zich ook nog het openluchtzwembad, het vertrekpunt van een aantal mooie wandelingen en MTB-routes en vijvers waarop gevist kan worden.
Mis zeker de Trôs–Marêts niet: het is een mooie kronkelbaan door bossen en langs watervallen en rivieren naar het plateau van de Hoge Venen.
Bévercé is ook gekend als thuishaven voor een internationaal gerenommeerde steengroeve: de Steengroeve van de Warche exploiteert een leisteenachtige zandsteen die rijk is aan kwartsiet. Hoekstenen, bovendrempels, dorpels en muurbedekkingen worden vaak uit deze typische natuursteen vervaardigd. Het kasteel van Reinhardstein is gebouwd met schieferachtige zandsteen.
Burnenville – Meiz – Bernister
Burnenville ligt met zijn 350 inwoners als het ware ingebed binnen het oude Formule 1-circuit van Spa- Francorchamps. Vroeger werden op het rechte stuk voor de “Combes” topsnelheden gehaald.
De school en de kapel stralen een landelijk karakter uit. De kapel werd gebouwd in 1755 en toegewijd aan de heilige Hilarius: ze is zeker een bezoekje waard!
Natuurliefhebbers kunnen beneden in het dorp wandelen. Er werd tevens een vijver aangelegd waar men rustig kan picknicken en misschien zie je zelfs een ijsvogel!
De geschiedenis van het dorp Meiz is nauw verweven met het F1-circuit van Spa-Francorchamps, maar heeft ook een zeer bijzondere geografische ligging die eenbelangrijke rol heeft gespeeld in de Belgische geschiedenis.
Aan het kruispunt van de Chemin de la Bouvière en de Voie Croisée zien we een grenspaal B-P 134. De B staat voor België en de P voor Pruisen.
Na de val van Napoleon in 1815, decreteerde het Congres van Wenen de overdracht van onze kantons aan Pruisen. De nog zichtbare grenspaal (B-P) bevestigt dat de inwoners van onze dorpen Pruisen waren.
Na WOI en het Verdrag van Versailles werd het gebied van Malmedy en omgeving aangehecht bij België.
In 1940, bij het begin van WOII, werden onze gebieden geannexeerd door Adolf Hitler en maakten ze weer deel uit van Duitsland. Na WOII werden onze gebieden definitief teruggeven aan België.
Tussen Meiz en Burnenville kun je de kinderen verrassen met een leuke speeltuin.
Bernister is een klein rustig dorp dat zijn landelijk karakter meer dan andere bewaard heeft. Volg zeker eens de weg naar de kluizenaarswoning (L’Ermitage) van Sint Antonius. Bent je poëtisch aangelegd, dan moet je zeker het monument van de Franse dichter Apollinaire gaan bezoeken die een tijdje in deze regio geleefd heeft.
Chôdes – G’Doûmont – Boussire
Deze drie dorpen liggen verspreid over de heuvelkammen op de weg van Malmedy naar Robertville. Je geniet er van prachtige uitzichten.
Aan de kapel vertrekken er 3 mooie, bewegwijzerde wandelingen en voeren je door weiden en bossen, over heuvels en door dalen van de Warche of de Warchenne.
De landbouw beperkt zich tegenwoordig tot enkele redelijk grote boerderijen.
Op de hoogten van Boussire bevindt zich een steengroeve waar de gekende natuursteen arkose ontgonnen wordt. Vele gevels werden in deze steen opgetrokken.
De kleine kapel dateert uit 1816, maar werd gerenoveerd in 1932. Ze is opgedragen aan de heilige Quirinus. Een beetje verder tegenover de school zie je een oude boerderij uit de 18e eeuw.
Géromont – Arimont – Baugnez
Deze drie charmante dorpen bevinden zich op de weg tussen Malmedy en Waimes. Het landschap wordt gekenmerkt door weiden, hoogstammen en heggen met hier en daar een woning. De vakantiewoningen waar doorgaans een ontspannen en rustige vakantiesfeer hangt, worden heel erg gewaardeerd door toeristen.
Iets lager ligt de bosrijke vallei van de Warchenne met een hotel, een vakantiedorp, een camping en tal van ontspanningsmogelijkheden (wandelingen, fietsmogelijkheden).
Aan de Warchenne ligt ook de steengroeve “Carrière de la Warchenne” waar zandsteen en arkose ontgonnen worden.
In Arimont bevindt zich een speeltuin.
In Baugnez bevindt zich niet alleen een bedrijventerrein, maar ook een monument ter nagedachtenis van het bloedbad dat er heeft plaatsgevonden tijdens het Ardennenoffensief op het einde van WOII: het monument staat ongeveer op de plak waar 84 GI’s werden vermoord.
Het Baugnez 44 Historical center is volledig aan dit bloedbad gewijd. Het museum kent een interactieve en realistische opbouw en is toegankelijk voor PBM. Het beschikt tevens over een restaurant en een café.
In de winter kunnen sportievelingen zich in Baugnez uitleven op de langlaufpistes.
Ligneuville – Pont – Bellevaux
Ligneuville, strekt zich uit in de vallei van de Amblève: het is een ware groene bosrijke oase. Het onstuimige water van de Amblève schuurt zich een weg door het weidelandschap. Slechts weinigen blijven onverschillig tegenover de schoonheid van dit stukje ongerepte natuur.
Ligneuville is vooral gekend om zijn forellenkweek en geniet sinds 1984 de titel van Forellenhoofdstad.
Aan de begraafplaats van Ligneuville verwijst een bordje naar Monsieur Hawarden. Op de grafzerk staat de echte naam Meriora Gillibrand vermeld.
De dorpskerk dateert van 1910. Ze werd na de WOII gerestaureerd.
De kapel ter ere van de heilige Donatius in Pont werd in 1752 ingehuldigd. Ze geldt als een bijzonder stuk erfgoed van de gemeente. Andere bezienswaardigheden in dit dorp:
- het huis Micha
- de grot van de Maagd Maria in een mooi park niet ver van het riviertje van Recht
- forellenkwekerij
Bellevaux (Belva) betekent eigenlijk “mooie vallei”. Het dorp ligt inderdaad verscholen in een idyllisch dal. In Bellevaux tref je een aantal gebouwen aan die deel uitmaken van ons geklasseerd gemeentelijk erfgoed:
- De kerk van Bellevaux dateert uit 1435 en is gewijd aan de heilige Albinus.
- Het huis Maraite dateert uit 1592
- De oude molen van Bellevaux dateert uit 1387 maar is sinds 1963 niet meer in gebruik.
Bezoekenswaard zijn verder de serres van de tuinbouwers en de plaatselijke brouwerij van Bellevaux.
Wie van wandelen houdt, bevelen we de wandelingen “De twee rotsen” en “De lieflijke vallei” aan.
Visliefhebbers kunnen vissen in de visvijvers of in de rivier de Amblève.
Mont – Xhoffraix – Longfaye
Als je van Malmedy naar Eupen rijdt, kom je voorbij aan de dorpen Mont, Xhoffraix en Longfaye.
De parochie Xhoffraix dankt haar ontstaan aan het verdrag dat in 1803 afgesloten werd tussen Napoleon en paus Pius VII. De gefortuneerde monnik en prior van de abdij van Malmedy, Renier de Brialmont liet met eigen vermogen in 1484 een eerste kapel bouwen. In 1843 werd een nieuwe kerk gewijd aan de heilige Hubertus op de plaats van de oude kapel gebouwd. De huidige kerk dateert van 1970.
Van alle pastoors van de parochie was pastoor Beckman één van de grootste weldoeners. Hij richtte in die periode een coöperatie van boeren op, een melkerij en een postkantoor. Hij zorgde ook voor waterdistributie in de drie dorpen. Hij overleed in 1951 op 89-jarige leeftijd in het hospitium van Waimes.
Andere bekende personen uit Xhoffraix:
- Marie Solheid (de verloofde van de venen): op 21 januari 1871 vernam Marie Solheid, die Pruisische was, maar in Jalhay werkte, dat ze eindelijk kon trouwen met haar verloofde François Reiff. De trouwdocumenten lagen klaar in Xhoffraix. Het jonge koppel besluit de sneeuwstorm te trotseren en de documenten in Xhoffraix op te halen. Deze tocht kost hen het leven.
- Léon Rinquet, alias de Negus, werd geboren in Luik in 1891 en was doctor in de wetenschappen, fysica en wiskunde. Hij zocht regelmatig de eenzaamheid en de uitgestrektheid van het plateau van de Hoge Venen op. Hij verbleef in een uit turf gemaakte hut. Later bouwde hij een houten hut naar Russisch model. Léon Rinquet is begraven op het kerkhof van Xhoffraix.
Vandaag de dag hebben de landbouwactiviteiten grotendeels plaats geruimd voor vakantiehuizen en accommodaties voor toeristen die vooral aangetrokken worden door de prachtige natuur en de mooie wandelingen.