Kaart
Na meer dan vijf jaar oorlog en na de landing in Normandië in juni 1944, die leidde tot de bevrijding van Noord-Frankrijk, België en Luxemburg, leek Nazi-Duitsland verslagen. Het tegendeel was waar!
Na de landing heerste in de Ardense bevrijde steden een euforisch gevoel van vrijheid en hoop, dat echter in de kiem werd gesmoord naarmate de koude winternachten langer werden. Op 16 december 1944 brak de Slag om de Ardennen uit. Malmedy zou niet gespaard blijven.
Een route langs 22 fotopanelen, geplaatst op verschillende locaties in het centrum van Malmedy, voert je terug naar het verleden en laat je meeleven met de tragische gebeurtenissen die plaatsvonden tijdens de verschrikkelijke winter van 1944/45.
De herdenkingsroute – Malmedy Battle Tour – is een eerbetoon aan de burgerlijke en militaire slachtoffers van de gevechten en bombardementen van december 1944 in Malmedy.
Het doel van de Malmedy Battle Tour is niet alleen om het geschiedkundige verhaal te vertellen, maar ook om de volgende generaties het menselijke leed te tonen en te laten inzien wat de risico’s en gevaren zijn van totalitaire of extremistische regimes.
Eind 2025 zal een nieuwe museumruimte in het Malmundarium worden ingericht: MALMEDY WAR MUSEUM 44. Dit museum zal volledig aan de Slag om de Ardennen gewijd worden en meer bepaald aan de gebeurtenissen in de regio van Malmedy.
Foto 1
Place du Châtelet voor de Villa Steisel – 29/12/1944
Het dak van de Villa Limbourg op de achtergrond is beschadigd. Blokken verspreid op de grond tonen aan dat de bombardementen van 23, 24 en 25 december zeer hevig waren. Drie soldaten van het 120th Infantry Regiment, 30th Infantry Division, nemen een pauze. Van links naar rechts: sergeant Lyle Greene (Rochester, Minnesota), stafsergeant Joseph DeMott (Greenwood, Indiana) en Private First Class Fred Mozzoni (Chicago, Illinois). Ze hebben alle drie de oorlog overleefd.
Foto 2
Voor het Malmundarium – 24/12/1944
Op zondag 24 december had het Amerikaanse 291st Engineer Combat Battalion de handen vol in het stadscentrum, dat was verwoest door het eerste bombardement van de dag ervoor. Rond 14:30 uur naderden 18 B24 Liberator-vliegtuigen Malmedy. Net als de dag ervoor gingen de bommenluiken boven de stad open! Het Athénée (nu het Malmundarium), waarvan de solide kelders onderdak boden aan ongeveer 200 burgers, werd getroffen! Een bom ontplofte pal in het ketelhuis, waar veel gezinnen hun toevlucht hadden genomen op zoek naar een beetje warmte. De soldaten schoten de slachtoffers snel te hulp om vervolgens het bloedbad te ontdekken: naast de vele gewonden vielen er 40 doden. Fritz Jacob, benoemd tot waarnemend gemeentesecretaris, droeg een armband met het volgende opschrift: V.M.G.P voor “Ville Malmedy Gouvernement Provisoire”.
Foto 3
Het kruispunt van Rue Devant l’Étang, les Grands Moulins en Rue Cavens – 03/01/1945
Op 3 januari 1945 regelt Private Gene Heathcoat (gefotografeerd door Kitzerow) het verkeer op het kruispunt van Rue Devant l’Étang, Les Grands Moulins en Rue Cavens. De huizen die getroffen zijn door het tweede bombardement op 24 december 1944 zijn bedekt met sneeuw.
Als je de Rue Devant l’Étang tegenover je inloopt, zul je op de rode bakstenen gevels vele inslagen van de explosies zien.
Foto 4
Outrelepont – Eind december 1944
Vanaf de brug van Outrelepont filmt een lid van het Signal Corps van het Amerikaanse leger de schade die is veroorzaakt door het bombardement. Het Signal Corps is een afdeling van het Amerikaanse leger die communicatie- en informatiesystemen ontwikkelt, test, levert en beheert voor de controle en het commando van de gecombineerde strijdkrachten.
Foto 5
Place de Rome – 18/12/1944
Het 743rd Tank Battalion kwam op 18 december 1944 aan op Place de Rome. Het bataljon was teruggeroepen uit Aken om het Duitse offensief van 16 december te couteren. De soldaten doorkruisten Eupen en staken de Venen over om vervolgens in Xhoffraix te overnachten. De volgende dag vertrokken ze naar de regio van Stavelot om er de 30th Division te versterken, en meer bepaald het 117th Infantry Regiment dat het moest opnemen tegen de SS Kampfgruppe Peiper. Dat Malmedy voor het Medical Corps van groot belang was, blijkt uit de wegwijzers: Medical Battalion, Medical Supply Dump, 618th Medical Clearance Company. Er is zelfs een bord “Exhaustion center” (uitputtingscentrum) voor mannen die uitgeput waren door de gevechten. Ook de hoogst noodzakelijke waterbevoorradingspunten worden aangegeven door twee borden.
Foto 6
Chemin-Rue – 18/12/1944
De versterkingen zijn er! Het is 18 december, vijf dagen voor het bombardement. Een Sherman M4A3E2-tank, ook wel “Jumbo” genoemd, is geparkeerd aan het begin van Chemin-Rue. De Jumbo-versie werd in 1944 geproduceerd om te voldoen aan de vraag naar een zwaar gepantserde tank die de infanterie kon ondersteunen in de komende gevechten. De beschermende bepantsering werd extra versterkt. Fabrieken hebben 128 Jumbo’s geproduceerd en in september afgeleverd in Normandië. In oktober werden er 36 geleverd aan het First Army.
Foto 7
Chemin-Rue – Huis Villers – 29/12/1944
Maison Villers, architecturaal pronkstuk van Malmedy, werd op miraculeuze wijze gespaard van de bommen, dit in tegenstelling tot de gebouwen rechts ervan die met de grond gelijk gemaakt werden tijdens het eerste bombardement op 23 december 1944. Maison Villers werd van het vuur gered door het Amerikaanse geniekorps, dat het huis aan de rechterkant opblies om te voorkomen dat de vlammen zouden overslaan van het ene huis naar het andere.
Foto 8
Place Albert Ier – Obelisk – 21/12/44
Een bekende foto van het Amerikaanse 99th Infantry Battalion, dat uniek was door het feit dat het uitsluitend bestond uit Noorse expats die in de Verenigde Staten woonden. Ze werden geselecteerd op basis van hun Noorse afkomst, hun kennis van de taal en hun skivaardigheden! Georganiseerd als een typisch infanteriebataljon van 886 man, werd de eenheid uitgebreid tot 1000 man om zo onafhankelijk te kunnen opereren.
In Malmedy werd het bataljon toegevoegd aan het 120th Infantry Regiment, dat op 21 december 1944 een verbazingwekkend sterke verdediging vormde tegen de Panzer-Brigade 150 van SS Otto Skorzeny.
Foto 9
Place Saint-Géréon – 23/12/1944
Dit onvoorstelbare zicht op de kathedraal en Place Albert Ier vanaf Place St. Géréon toont de omvang van de schade die op 23 december werd aangericht tijdens het 1e bombardement. Van de huizenrij die de twee pleinen scheidde, blijft alleen een hoop ruïnes over! De muziekkiosk die in 1901 werd gebouwd in het midden van het plein ontsnapte wonder boven wonder aan de bommen.
Foto 10
Place Albert Ier – 25/12/1944
Kerstmis in de hel! Op 23, 24 en 25 december 1944 wordt Malmedy gebombardeerd door de Amerikaanse luchtmacht. Op de grond heersen apocalyptische taferelen! De hele stad staat in brand, huizen worden verpulverd en storten in als kaartenhuizen. Hele daken worden afgerukt. Reddingsoperaties worden op touw gezet. Onvermoeibaar worden de lichamen van de slachtoffers op de speelplaatsen van de scholen op een rij gelegd. De menselijke ontreddering wordt nog verergerd door de moeilijke klimatologische omstandigheden: sneeuw, kou, problemen met de verwarming, de elektriciteitsdistributie, de drinkwatervoorziening, en meer. Meer dan 220 burgers komen om bij de bombardementen. Het aantal gewonden is niet bekend. Meer dan 80 Amerikaanse soldaten werden gedood en anderen raakten gewond. Deze foto is net na het bombardement genomen, de ruïnes smeulen nog en de weg is nog niet vrijgemaakt.
Foto 11
Place du Commerce richting rue de la Gare – 18/12/1944
Op 16 december 1944 wordt het 526th Armoured Infantry Battalion in staat van alarm gebracht door de Duitse opmars. Deze soldaten hebben op 17 december dag en nacht doorgereden om Malmedy te bereiken. Hun voornaamste taak zou zijn om een perimeter rond de stad te beveiligen. Op 18 december proberen de mannen van het 526th de bruggen bij Stavelot, Trois-Ponts en Malmedy te beschermen, hoewel ze ver in de minderheid zijn. Hier zien we één van hun Dodge 6×6-voertuigen een Amerikaans M1 57mm antitankkanon trekken (de Amerikaanse versie van het Britse QF 6 Pounder kanon).
Foto 12
Rue Derrière La Vaulx – 18/12/1944
Foto van de aankomst van het 743rd Tank Battalion (Company A) in het centrum van Malmedy op 18 december 1944. In tegenstelling tot vandaag, was de Rue Derrière la Vaulx in die tijd een tweerichtingsstraat.
Foto 13
Place du Pont Neuf – 25/12/1944
Tijdens de bombardementen op kerstdag 1944 verstopten negen leden van de familie Rome zich in de kelder. De kinderen zaten op zakken met aardappelen toen een bom hun woning trof. Wonder boven wonder raakte niemand gewond. Het waren de Amerikaanse soldaten die de bewoners via het kelderraam uit hun benarde situatie haalden en zich over hen ontfermden. Dit was de enige bom die het hoger gelegen deel van de stad trof.
Foto 14
Octroi-rotonde – 18/12/1944
Soldaten van de B-compagnie van het 120th Infantry Regiment ( 30th Infantry Division) grijpen geweergranaten voordat ze zich buiten de perimeter rond Malmedy begeven, waar de vijand is gesignaleerd. Links luitenant Earl Johnson, die later basketballer werd, en rechts sergeant Tony Cardinale. In het midden achteraan staat sergeant Wallace Miller. Leuke anekdote: de soldaat met de hand in de aanhangwagen draagt een vlieghelm van de Luftwaffe (Duitse luchtmacht).
Foto 15
Octroi-brug – Eind december 1944
Pont de l’Octroi, december 1944. Tijdens het Ardennenoffensief wordt de brug over de Warchenne ondermijnd door de Amerikaanse genie-eenheid. Er werd meer dan 400 kg TNT aangebracht om te voorkomen dat Duitse troepen de rivier zouden oversteken. Uiteindelijk was het niet nodig de brug op te blazen omdat de Duitse troepen er nooit in geslaagd zijn om door te dringen tot het centrum van Malmedy.
Foto 16
Octroi-rotonde – Voormalig Landrat-gebouw – 27/01/1945
Op 19 januari 1945 was er een dikke laag sneeuw gevallen. In dit gebouw was het hoofdkwartier van de 30th Infantry Division gevestigd en wel vanaf 12 januari, de dag dat het verhuisde van het Hôtel des Bruyères in Francorchamps. Deze foto werd genomen op 27 januari 1945. De toegangspoort wordt bewaakt door 2 MP’s (Militaire Politie). Het grote gebouw op de achtergrond werd gebouwd tussen 1912 en 1914 onder Duits bewind om er de Landrat (Landraad) en zijn administratie in onder te brengen. Het gebouw werd echter maar voor korte tijd voor die doeleinden gebruikt, want na de Eerste Wereldoorlog maakten de kantons Eupen-Malmedy en Sankt-Vith deel uit van België. Na het vertrek van de laatste Landrat werd luitenant-generaal baron Baltia in 1919 aangesteld als gouverneur van Eupen-Malmedy. Het voormalige Landrat-gebouw werd vanaf dan het regeringspaleis van Baltia tot in 1925. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het gebouw opgeëist door de Duitsers, die het gebruikten als hun administratieve hoofdzetel. Daarna werd het voor verschillende doeleinden gebruikt.
Foto 17
Avenue Monbijou – 18/12/1944
Zwaarbewapende soldaten van het 120th Infantry Regiment zijn op pad op de Avenue Monbijou.
Drie regimenten vormden de 30th Division (het 117th, het 119th en het 120th) met 3.200 soldaten in elk regiment. Gezien de noodsituatie na de Duitse aanval werden ze naar de regio gestuurd om het offensief te counteren. Het 120th bij Malmedy, het 117th bij Stavelot en het 119th rond Stoumont en La Gleize. De 30th Division was niet alleen de divisie waar aan het Europese front het meest werd gevochten, met in totaal 282 dagen van gevechten, maar werd door de US Army ook uitgeroepen tot de beste infanteriedivisie van de Tweede Wereldoorlog.
Foto 18
Rue de la Gare – 18/12/1944
Het plan van de First US Army was heel eenvoudig: een voldoende sterke strijdkracht op de been brengen door het samenvoegen van het 526th Armored Infantry Battalion, het A/825th Tank Destroyer Battalion en het 99th Infantry Battalion (Separate) (zonder de Able-compagnie). Deze strijdkracht zou onder het bevel komen van Kolonel Harold D. Hansen, Commandant van het 99th-IB-(S) en zijn rechterhand, Majoor Wilford J. Bjornstad. Deze strijdmacht krijgt de naam Task Force Hansen. Deze foto toont de HQ-compagnie van het 526th Armoured Infantry Battalion met een M-3 Half-track en een Dodge WC-63 geparkeerd in de Rue de la Gare op 18 december 1944.
Foto 19
Rue La Vaulx – Petit Vinâve – 23/12/1944
Na de bombardementen sloegen de branden snel over van huis tot huis. Om deze verschroeiende opmars een halt toe te roepen, bliezen Amerikaanse ingenieurs enkele huizen op waardoor ze brandgangen creëerden. Hier wordt helaas het het huis van de gezusters Lienne getroffen. De lege ruimte van het verwoeste huis is aan de rechterkant nog steeds zichtbaar. In Malmedy waren het de 291st & 105th Engineer Combat Battalions die dit moeilijke werk hebben uitgevoerd.
Foto 20
De bunker
Op kerstdag 1944 namen zo’n 700 inwoners van Malmedy hun toevlucht tot deze schuilkelder. Ze waren het slachtoffer van de bombardementen van 23, 24 en 25 december. Al in 1939 had het bestuur van Malmedy besloten om verschillende schuilkelders in te richten met het oog op de op handen zijnde oorlog. Eén schuilkelder werd gebouwd in de puddingsteen in de tuin van mevrouw Lang (Calvarieberg). Door technische graafproblemen werd het project echter nooit voltooid. Het werd een paar jaar later, in 1944, opnieuw opgepakt door de Duitsers, die inzagen dat het oorlogstij gekeerd was. Het was een ambitieus project, dat onderdak zou kunnen bieden aan 1000 mensen of meer, met een lengte van 235 m lang en uitgerust met een zekere mate van comfort (ventilatie, verlichting, toiletten, banken, bedden, enz.), maar zonder watervoorzieningen of voorzieningen voor het afvoeren van gebruikt water. Voor de uitvoering van een dergelijke onderneming was het echter te laat. Het project liep uit op een totaal fiasco! Hoewel het grootste deel van de tunnel al was gegraven, werd hij nooit afgemaakt. Zo komt het dat tijdens die donkere dagen in december 1944 vele inwoners van Malmedy schuilden in dit precaire vluchtoord waar ze in erbarmelijke omstandigheden moesten verblijven (donker, zuurstofgebrek, geen toiletten, enz.).
Foto 21
Place Albert Ier – Villa des Tilleuls – Eind december 1944
Zeer indringende foto waarop de toegang tot Place Albert 1er te zien is na de bombardementen. Links is de Villa des Tilleuls gedeeltelijk verwoest. Later zal ze helaas volledig worden afgebroken. Deze foto geeft een goed idee van de duistere sfeer waarin de stad gehuld was.
Foto 22
Place du Châtelet – Eind december 1944
Na de bombardementen was de gezondheidstoestand van de stad erbarmelijk. Er waren teveel gewonden om verzorgd te worden. Het werd ook erg moeilijk om zich te voeden. Daarom verlieten vele inwoners de stad in Amerikaanse vrachtwagens. Op de foto stappen burgers in Dodge-vrachtwagens die voor dit doel werden gevorderd. Er werden opvangcentra ingericht in Francorchamps, Spa en Hoei.